Juiste zorg op de juiste plek: Samenwerking tussen CIR en het Deventer Ziekenhuis

Chronische pijn heeft een grote impact op het dagelijks leven van mensen. Om deze groep passende zorg te kunnen bieden bundelden het Deventer Ziekenhuis en CIR hun krachten. Dankzij deze samenwerking krijgen patiënten sneller de juiste zorg op de juiste plek, waardoor onnodig lange trajecten in de medische molen worden voorkomen.

De samenwerking is ontstaan omdat een deel van de patiënten van het revalidatiecentrum (van het Deventer Ziekenhuis) niet de mogelijkheid hadden om naar CIR in Zwolle te reizen. Deze patiëntengroep bleef destijds ‘hangen’ in de 1e-lijns behandeling. Sinds augustus 2023 kunnen deze mensen in de regio (nieuwe locatie van CIR in Deventer) terecht voor een passende behandeling.

In het Deventer Ziekenhuis

Voordat iemand wordt doorverwezen naar CIR, wordt er meestal eerst een traject binnen het ziekenhuis doorlopen. “Als iemand met chronische pijnklachten bij ons komt, kijken we eerst naar de medische kant; spreken we over aspecifieke chronische pijnklachten of zijn er aanvullende onderzoeken of behandelingen nodig? Afhankelijk van onder andere de beperkingen voor het participatieniveau maken we de keuze voor eerstelijnszorg of directe doorverwijzing naar CIR," legt Tanja uit.

Eén van die mensen is Esther. Zij kwam bij Tanja met schouder/nek klachten na een trauma. Esther had al verschillende onderzoeken ondergaan en bij meerdere specialisten geweest. “Medisch gezien was er geen behandeling waarmee we haar pijnklachten konden beïnvloeden, dus spreken we van chronische pijnrevalidatie. In het kader van matched care kon ik haar verwijzen naar CIR” vertelt Tanja.

Verwijzing naar CIR

Roelof Pol, revalidatiearts bij CIR spreekt positief over de samenwerking: “In het ziekenhuis zorgen ze dat er geen overdiagnostiek plaatsvindt en dat patiënten niet onnodige behandelingen ondergaan. Door onze korte lijnen komt de patiënt eerder op de juiste plek terecht, met Esther als passend voorbeeld” legt hij uit. “Nog een voordeel van deze samenwerking: omdat zij goed weten wat wij doen, sluiten de verwijzingen eigenlijk altijd goed aan.”

Bij CIR staat niet de pijn centraal, maar vooral hoe iemand zijn of haar leven weer kan oppakken. Het multidisciplinaire team van CIR kijkt verder dan alleen fysieke klachten en betrekt ook psychologische en sociale factoren bij de behandeling.

Esther zag Roelof voor het eerst tijdens haar screening en daarna drie keer gedurende haar traject (begin, midden en aan het einde). Tijdens haar revalidatietraject werd ze geconfronteerd met oude patronen en de weerstand die ze bood tegen de pijn. Ze zit nu in haar vervolgtraject waarin ze haar laatste stappen zet om haar nieuwe inzichten vol vertrouwen toe te passen.

Het verhaal van Esther

Oud-cliënt Esther vertelt: “Aanvankelijk had ik weerstand tegen het label ‘chronisch’, ik vond het een vreselijk woord. Voor mijn gevoel betekende dat: ‘Je bent afgeschreven.’ Dat wilde ik niet accepteren." Toch besloot ze de stap te zetten naar CIR. Door de persoonlijke aanpak voelde ze zich snel op haar gemak. "Na een lange medische weg voelde ik me bij CIR vanaf het eerste moment echt gezien en gehoord. Ik had hier gesprekken waarin het echt om mij ging."

De groepssessies lieten haar inzien dat ze niet alleen was en hielpen haar de emotionele componenten van pijn beter te begrijpen. "In de groep ontdekte ik dat ik niet de enige was met deze pijn en frustraties. Dat gaf me veel herkenning en steun." Inmiddels ervaart ze nog steeds pijn, maar ze heeft geleerd hoe ze haar leven beter kan inrichten en heeft meer grip op haar klachten gekregen. "Ik heb geleerd om mijn boosheid en weerstand los te laten. Ik zie nu in dat ik mijn leven kan aanpassen naar wat wel mogelijk is, in plaats van vechten tegen wat ik kwijt ben."

Samenwerking in de toekomst

De samenwerking tussen CIR en het Deventer Ziekenhuis biedt meerdere voordelen voor mensen met chronische pijnklachten. "De korte lijnen tussen CIR en het ziekenhuis zorgen ervoor dat mensen met pijn op de juiste plek terechtkomen. Dat voorkomt onnodige zorg en biedt hen wat ze echt nodig hebben," aldus Roelof.

Zowel Tanja als Roelof zien hoe deze werkwijze bijdraagt aan efficiëntere en effectievere zorg. Patiënten voelen zich beter begeleid en gehoord, terwijl de expertise van beide organisaties optimaal wordt benut. "Het zou mooi zijn als we de samenwerking met pijnpoli’s en ziekenhuizen verder structureren, zodat we de chronische pijnpatiënt nog beter kunnen ondersteunen," besluit Roelof.

Tanja vult aan: "Wat ik heel mooi vind, is dat CIR met modules werkt en dat er ook aandacht is voor zingeving in het traject. Dat zie je op weinig andere plekken in de zorg voor mensen met chronische pijn". Ze benadrukt ook het belang van duidelijke verwijsstromen: “Er zijn goede contacten tussen CIR en het ziekenhuis, zodat patiënten makkelijk de juiste zorg vinden. Het is daarnaast belangrijk dat huisartsen weten dat zij ook zelf direct kunnen verwijzen. Zo houden we de lijnen kort en zorgen we ervoor dat iedereen de juiste zorg krijgt op de juiste plek.”

Roelof concludeert: “We zien veel positieve effecten van deze samenwerking en dat chronische pijnrevalidatie wel degelijk iets te bieden heeft voor een grote groep. Met elkaar blijven we zoeken naar hoe we de samenwerking verder kunnen optimaliseren. Zij kunnen niet zonder ons, en wij niet zonder hun.”

Deze samenwerking laat zien hoe een integrale aanpak in de keten leidt tot betere zorg voor mensen met chronische pijn. Wil je meer lezen over Esther’s ervaring bij CIR? Lees hier haar volledige verhaal.